Componisten geboren tussen 1800 en 1899 

Nikolaj Rimski-Korsakov was een Russisch componist, muziek­pedagoog en dirigent. Hij werd geboren in een adellijke familie en was werkzaam als marineofficier. In 1861 leerde hij componist Balakirev kennen, die hem overhaalde muziek te gaan studeren. In 1865 leidde Balakirev de première van Rimski-Korsakovs eerste symfonie. Het succes van het symfonisch gedicht Sadko en zijn eerste opera Het meisje van Pskov waren voor Rimski-Korsakov aanleiding om de marine te verlaten. In 1871 werd hem gevraagd hoogleraar compositie en instrumentatie aan het Conservatorium van Sint-Petersburg te worden. Hij twijfelde aan zijn geschiktheid door gebrek aan kennis, maar ging wel op de vraag in. Veel belangrijke Russische componisten kregen bij hem les, onder wie Stravinsky en Prokofjev. Hij was lid van Het Machtige Hoopje (samen met Balakirev, Borodin, Moessorgski en Cui), dat een nationalistische Russische muziek voorstond. In de jaren 1874-1880 realiseerde hij zich dat hij kennis ontbeerde door zoveel tijd te geven aan de ontwikkeling van Russische muziek. Door veel zelfstudie en stimulerende contacten met Tsjaikovski wist hij zijn niveau te verbeteren tot professionele hoogte. Rimski-Korsakov schreef vijftien opera's, drie symfonieën, een pianoconcert en programmatische orkestwerken, kamermuziek, pianomuziek en koorwerken, ongeveer 60 liederen met pianobegeleiding en talloze bewerkingen van Russische volksliederen.