Nieuwsbrief Muzikale Verhalen (55)
Februari 2024
Beste lezer,
'Maestro / Amerikaanse droom met een donker randje', kopt De Andere Krant op 16 december j.l. Het betreft een recensie van een film over het leven van de beroemde musicus en dirigent Leonard Bernstein, in Nederland vooral bekend als componist van de muziek voor de West Side Story. Bradley Cooper schreef het script, regisseerde de film en speelde zelf de hoofdrol. Zes jaar heeft hij aan het project gewerkt...
Ik noemde hierboven al de West Side Story. Voor deze (ook verfilmde) musical heeft Bernstein onvergankelijke muziek geschreven, zoals, Maria, Tonight en Somewere.
Ik wens u veel lees- en luisterplezier!
Imke Jelle van Dam
Inhoudsoverzicht
Info bekostiging maandelijkse nieuwsbrief
Mocht u iemand kennen die mogelijk ook interesse heeft in deze nieuwsbrief, dan wordt het op prijs gesteld als u deze met begeleidend schrijven doorstuurt. Men kan zich dan zelf kosteloos abonneren (info).
Concertagenda
Antrovista actualiseert (bijna) dagelijks de concertagenda.
Overzicht concerten en muziekcursussen
naar boven
Leonard Bernstein (1918 – 1990)
Leonard Bernstein was een Amerikaanse componist, dirigent, pianist en muziekpedagoog. Hij werd bekend toen hij in 1943 als dirigent inviel voor Bruno Walter. Hij maakte diverse succesvolle musicals. Hij presenteerde op televisie een educatief programma over klassieke muziek. Van 1958 tot 1969 was hij eerste dirigent en artistiek leider van de New York Philharmonic, waarmee hij alle symfonieën van Gustav Mahler opnam. Ook enkele symfonieën van Charles Ives werden voor het eerst uitgevoerd. Een van zijn bekendste werken is de musical West Side Story (1957). Bernstein dirigeerde regelmatig de Wiener Philharmoniker, het Koninklijk Concertgebouworkest en het Boston Symphony Orchestra. Bernstein musiceerde meeslepend, met inzet van heel zijn wezen.
Muziekvoorbeelden en documentaires
naar boven
Maestro, film over Leonard Bernstein
Een passage uit de recensie van de film 'Maestro' in De Andere Krant, nadat de recensent vermelde dat hij de enige bezoeker was in een filmzaal met 100 stoelen:
Wellicht slaat de mede door Steven Spielberg en Martin Scorsese geproduceerde film niet aan, omdat hij behoorlijk wat voorkennis vereist van de kijker. Het Nederlandse publiek kent de in Amerika beroemde dirigent, componist, pianist en muziekdocent niet of nauwelijks. Het kan helpen als je eerst op Youtube kijkt naar The gift of music (1993), een documentaire over Bernstein (1918-1990) die als 'warming up' voor de film is aan te bevelen. Dankzij deze docu snapte ik de vele persoonlijke details in Maestro waardoor de vaak prachtig geacteerde scènes gekoppeld aan zinderende muziek met een exposé van de Amerikaanse kunstcultuur uit met name de jaren '40 en '50 als een zalige achtbaan voorbij vlogen.
Dankzij de documentaire wist ik bijvoorbeeld dat de Rus die de jonge Bernstein adviseert zijn achternaam te wijzigen Sergi Koussevitzky is, de dirigent van het Boston Symphony Orchestra. "Bernstein klinkt te Joods", zegt hij als hij Bernstein in 1940 als zijn vervanger aanneemt. "Daarmee kom je hier, net als ik in Rusland destijds, niet aan de bak. Noem je voortaan Burns, Leonard Burns!" In The gift of music verhaalt de echte Bernstein hierover: "Ik heb het even overwogen. De volgende ochtend zei ik hem: Als ik het vanwege mijn achternaam niet kan maken, dan hoeft het voor mij niet."
De zes jaar die (...) Bradley Cooper (48) in dit project stortte, leverde het resultaat op dat zijn 'Bernstein' als twee druppels water oogt, beweegt, klinkt en zelfs transpireert als de ware Bernstein. Cooper leerde zelfs daadwerkelijk het vak van dirigent bij Yannick Nézet Séquin van de Metropolitan Opera, hét operagezelschap van de VS. In een prachtige ruim zes minuten durende scène dirigeert hij het London Symphony Orchestra zelf.
naar boven
Beethoven - Een biografie (10)
[Bron: Een Biografie van Ludwig van Beethoven (1770–1827) door Jan Caeyers + Wikipedia]
Ferdinand Ernst von Waldstein (1762-1823) was Geheimraad in Bonn en mecenas van Ludwig van Beethoven. Hij nam in Bonn actief deel aan het culturele leven van de residentie. Hij was een goed pianospeler. Op verzoek van Waldstein schreef Beethoven de muziek voor een ridderbal die eerstgenoemde organiseerde. Ook schreef Beethoven variaties op een thema van Waldstein. Hij financiëerde in 1792 de reis van Beethoven naar Wenen om lessen te volgen bij Haydn. Aangenomen wordt dat Beethoven tien jaar later zijn Sonate in C aan Waldstein uit dankbaarheid heeft opgedragen, hoewel ze elkaar waarschijnlijk nooit meer ontmoet hebben (terwijl beiden in Wenen woonachtig waren).
Sonate 21 in C, Waldstein (op. 53)
naar boven
Gids voor orkestmuziek (28): Joseph Haydn (1732-1809)
Symfonie no. 31 in D, 'mit dem Hornsignal' (1765; 20 min.)
De symfonie 'met het Hoornsignaal', ook wel bijgenaamd 'auf dem Anstand (Jachtsymfonie), heeft haar naam te danken aan de overheersende rol welke de hoorns in het werk spelen. Een hoornkwartet bepaalt in zekere zin het karakter. Het is een van de weinige klassieke symfonieën waarin vier hoorns voorkomen, want over het algemeen schreef men slechts voor twee hoorns. Toen Beethoven veertig jaar later in de Eroïca een derde hoorn gebruikte, was dat iets nieuws. Intussen heeft Haydn de vier hoorns hier nog meer als concerterende instrumenten behandeld. Het ensemble bestaat overigens slechts uit één fluit, twee hobo's en strijkers.- In dit werk zien wij nog duidelijk de invloeden van het concerto grosso; opmerkelijk is de voorkeur voor het solistische spel der instrumenten. In het tweede, het langzame deel, uitsluitend voor strijkers en vier hoorns geschreven, treden een soloviool en een solovioloncel concerterend op de voorgrond. De finale bestaat uit een thema met zeven variaties en een kort presto tot besluit. Het thema wordt voorgedragen door de strijkers, en elk der variaties wordt door een bijzondere instrumentale combinatie getypeerd: 1e variatie: twee hobo's, twee hoorns en strijkers - 2e variatie: solovioloncel en strijkers - 3e variatie: solofluit en strijkers - 4e variatie: vier hoorns en strijkers - 5e variatie: solofluit en strijkers - 6e variatie: tutti (geheel orkest) - 7e variatie: solovioloncel en strijkers - Presto - Coda (slot): tutti.
naar boven
Die Matthäus Passion (11)
Auteur: Lou van Strien (1899-1944)
- Weinig werken der muziekliteratuur ... (deel 1)
- Niet altijd is de populariteit ... (deel 2)
- Toen Bach in het najaar van 1728 met de compositie ... (deel 3)
- Doch alvorens Bach die functie kon aanvaarden ... (deel 4)
- Tot 1723 is Bach te Cöthen gebleven, toen ... (deel 5)
- In Beybehaltung guter Ordnung in denen Kirchen ... (deel 6)
- Als Bach, gelijk de geschiedenis wil, vijf volledige ... (deel 7)
- Op het oogenblik waarop Bach zich in de herfst... (deel 8)
- Picander’s triviale dichtkunst zal Bach niet... (deel 9)
- De groote en onbetwistbare verdienste van... (deel 10)
Dat Bach's Matthaeuspassie-tekst van dergelijke rijmelarij verschoond bleef, is ongetwijfeld mede aan het ordenend genie van den meester te danken geweest. Diens opvattingen aangaande een goede passietekst werden mede bepaald door een tweetal dichters, wier werk voor de ontwikkeling van dit genre heel belangrijk is geweest: Erdmann Neumeister en Salomo Franck. Beide kunstenaars gaven tegen het einde der zeventiende en het begin van de achttiende eeuw op het gebied der cantateteksten den toon aan en vooral Franck's poëzie oefende op Bach een machtige invloed uit.
Het eigenlijke voorbeeld ter zake van een passietekst werd inmiddels door den Hamburgschen raadsheer Barthold Heinrich Brockes geleverd. In 1712 verscheen zijn werk, dat onmiddelijk componisten vond en dat gaandeweg tot het klassieke model van dit literaire genre werd gerekend. Brockes schrijft recitatieven, aria's en koorfragmenten voor, het bijbelverhaal wordt bij hem door een vrij-gevonden tekst van den Evangelist vervangen, waarbij dan moet worden opgemerkt dat Brockes zich deze méér aan het Bijbelwoord refereerde dan zijn voorgangers op dit gebied hadden gedaan. De invoeging van koraalverzen in de passietekst was overigens iets nieuws, hoewel Brockes toch niet de eerste geweest is, die op het denkbeeld kwam de koraalstrofe als onderdeel van de passie aan te wenden: in 1672 was te Königsberg een passiemuziek van Johann Sebastiani verschenen, waarin "zur Erweckung mehrerer Devotion unterschiedliche Verse aus denen gewöhnlichen Kirchenlieder mit eingeführet und dem Texte accomodiret" waren.
(Volgende delen van deze feuilleton in de komende nieuwsbrieven)
naar boven